“Beslissingen over leven en dood moet je niet aan hobbyisten met geld overlaten”

“Beslissingen over leven en dood moet je niet aan hobbyisten met geld overlaten”

Interview André Donker

‘Wolf & maatschappij’ is alweer het vierde boek geschreven door oud-boswachter, ambassadeur van Dierenlot en zelfstandig ‘natuurondernemer’ André Donker. Hij wil met zijn boek een brug slaan tussen de voor- en tegenstanders van wolven binnen onze samenleving. Reden voor Fauna4Life om hem te bevragen over bruggen bouwen en over de wolf.

Had je in het begin van je lange ‘natuurcarrière’ ooit gedacht dat de wolf zou terugkeren naar Nederland?
“Daar heb ik altijd rekening mee gehouden. Sinds de Conventie van Bern is de soort internationaal beschermd. Vooral wolven uit West-Europa zijn echte lopers. Meer dan die uit het zuiden. De Spaanse wolf komt de Pyreneeën niet over. Na de val van de Berlijnse muur in 1989 ging het hard. Wolven uit Oost-Duitsland konden in West-Duitsland gemakkelijk mensluwe gebieden vinden. Daar liggen veel grote militaire complexen. Vanaf het millennium wisten we zeker dat wolven ook hier zouden arriveren.”

Wanneer zag jij voor het eerst een wolf in het wild in Nederland? En wat deed dat met jou?
“Dat was in 2018. Het was de eerste teef die vanuit Drenthe op de noord-Veluwe terecht kwam. Ik zag haar het eerst op camera, in het bos achter ons huis. Het voorjaar daarna zagen mijn vrouw en ik de wolvin lopen met een partner. Geweldig moment was dat!”

Je bent voor het boek ook in de archieven gedoken. Heb je daarin informatie gevonden die nieuw voor je was?
“Ik ben een jaar of tien geleden begonnen met me verdiepen in wolven. Dat maakt me geen specialist. Ik ben een generalist, een natuurmens in de meest brede zin. Maar wel een leergierige generalist! Ik ben tot de conclusie gekomen dat we maar weinig over dit dier weten. Bijna overal in de wereld wordt er op wolven gejaagd. Omdat we hier niet op ze jagen, kunnen we zien hoe ze echt zijn.”

Er wordt druk gespeculeerd over hoeveel roedels Nederland kan herbergen. Hoe zie jij dat?
“Inmiddels hebben roedels zich gevestigd in de beste gebieden. Nieuwe wolven kunnen alleen nog uitwijken naar minder optimale gebieden. En het is de vraag of dat lukt door alle wegen en de bevolkingsdichtheid. Het verkeer is hun ‘natuurlijke vijand’: meer dan 50% van de hier geboren dieren sneuvelt in het verkeer. De computermodellen waarmee mensen het ‘maximale’ aantal wolven proberen te berekenen, zijn gevoed met gegevens uit het buitenland. Maar uiteindelijk maakt de wolf zelf uit waar hij kan leven. Ik heb voor mijn boek wel een poging gedaan om het te berekenen. Ik hoorde David Attenborough in een documentaire zeggen dat de verhouding grote predatoren–prooidieren ongeveer 1 op 100 is. Voor grote dieren als edelherten zou dan 1 op 75 gelden. Zo bezien is er op de Veluwe ruimte voor negentig wolven. Nu schieten jagers daar nog jaarlijks zo’n vijfduizend grote hoefdieren. Deze dieren bereiken hierdoor nooit hun maximale leeftijd. Dat is bij wolven juist wel het geval.”

“Waar we heen moeten is dat we wolven hun gang laten gaan. Kijken wat er dan gebeurt. We hoeven dan waarschijnlijk geen schot meer te lossen op wilde hoefdieren. We weten uit onderzoek in vijfhonderd natuurgebieden in 28 landen waar de wildstand bekend is, dat wolven in staat zijn om een (hoefdieren)populatie te stabiliseren. Als daar ook nog een soort als de lynx bij komt, kan zo’n populatie zelfs krimpen. Mocht er daarna dan toch nog maatschappelijke overlast zijn, dan kan je altijd nog gaan beheren. Maar in Nederland beginnen we met het geweer, terwijl we hebben afgesproken dat we in Natura 2000-gebieden zo min mogelijke invloed uitoefenen.”

Hoe werd Nederland na 150 jaar afwezigheid weer een land waar wolven floreren?
“In 1900 leefden er hier zo’n zes miljoen mensen. Zero tolerance voor dieren was de norm. Er was een oneindige lijst van diersoorten waarvoor premies werden uitbetaald aan jagers. Pas vanaf eind jaren ‘60/beginjaren ‘70 stelde de wetgever daar paal en perk aan. Rond 1900 leefden er zo’n drieduizend reeën in ons land; nu ongeveer honderdtienduizend. Er liepen tweehonderd edelherten op de Veluwe; nu een veelvoud. Dat komt mede doordat er veel minder mensen in het buitengebied aanwezig zijn. Ik durf te bestrijden dat de bossen nu drukker zijn dan ooit tevoren. Natuurlijk zien we pieken, maar vroeger leefden en werkten er veel meer mensen jaarrond in de buitengebieden, die we nu natuurgebieden noemen. Denk aan de houtoogst, heideplaggen, houtskool- en turfwinning. Voor 1900 was er niet eens meer bos over in ons land! Het hele landschap is sindsdien veranderd. Zo ook de houding van het gros van de mensen ten opzichte van natuur. We zijn dan wel met 18 miljoen mensen, maar nu is de natuur vooral een plaats om te onthaasten van het stadse leven, veelal keurig op de gebaande paden.”

Wat kunnen wij leren van de wolf?
“Ik ben van mening dat de opgestelde escalatieladders niet van toepassing zijn in Nederland, zolang wolven zich niet agressief gedragen naar mensen. (We noemen dit human-wildlife conflict of HWC.) Ik bestrijd ook dat wolven per definitie schuw zijn en dat het onnatuurlijk gedrag is dat ze soms mensen benaderen. We weten niet eens wat hun natuurlijke gedrag precies is. Als je dieren gaat ‘trainen’ om bij mensen weg te blijven – bijvoorbeeld door ze te paintballen – heb je het niet over natuurlijk gedrag, maar over wensgedrag. Hetzelfde geldt voor selecteren op wolven die wel afstand houden. Hoe je ook over wolven denkt, het blijft dresseren. Tam maken is hetzelfde als verwilderen en beide mogen we niet doen. We zien trouwens geen ernstige conflicten bij minder schuwe wolven. Ze zijn helemaal niet zo geïnteresseerd in ons. Het zijn de mensen die niet met wolven kunnen omgaan.”

Wat moet er volgens jou gebeuren om de Nederlandse wolf een veilige toekomst te bieden?
“De verkeersslachtoffers kennen we. Maar overal waar wolven leven, is ook illegaal afschot. We zouden elke vier tot vijf jaar een analyse moeten maken van welke wolven we ‘kwijt’ zijn, die verdwenen zijn. Want dat weten we niet. Roedels aan flarden schieten zou heel onverstandig zijn. Schiet je bijvoorbeeld de vader en moeder weg, dan zullen alle teven in de roedel loops worden. Laat je ze met rust, dan wordt in 98% van de gevallen alleen de moeder loops. Verder moeten alle schapen binnen wolfwerende rasters staan. Als een wolf hier dan toch tweemaal overheen gaat, krijgen dierhouders een schadevergoeding. Het is dan maatschappelijk verdedigbaar om de buidel te trekken. Mensen vragen me vaak welk risico we lopen door wolven. We zien wereldwijd dat predatoren voor mensen het minst gevaarlijk zijn. Vleeseters doden veel minder mensen dan planteneters, zoals nijlpaarden en olifanten. Wat risico betreft is dat autoritje naar het bos veel gevaarlijker dan een wandeling in een bos waar wolven leven. De vraag blijft wel waarom mensen zich zo tegen de aanwezigheid van wolven blijven verzetten. We kijken vooral naar nadelen en te weinig naar hun nut. Wolven gaan ziektes onder hoefdierpopulaties tegen en helpen de verspreiding van dierziektes zoals varkenspest stoppen. Elk dier heeft zijn nut op aarde.”

Hoe kijk je aan tegen de jacht?
“Het klopt dat er meer wordt geschoten dan ooit; op de Hoge Veluwe zelfs jaarrond. Er zijn ook veel meer wilde dieren dan vroeger. Maar afschot is geen mooie dood. Ik zeg het wel eens zo: van een groep van zeven biggen die op de Veluwe geboren worden, redden zes broertjes en zusjes het niet. Er is er maar eentje die overleeft. En juist dat dier schieten jagers dood. Dat heeft helemaal niets met natuur te maken en valt ook buiten natuurlijke selectie door wolven en de evolutie. De grootste vrijheid op aarde is in vrijheid geboren worden, in vrijheid leven en in vrijheid sterven. Wat niet wil zeggen dat elk dier lang leeft. Wat betreft de wolf, verwacht ik dat er uiteindelijk afschot zal plaatsvinden. Ook als 98% van de Nederlanders nooit schade zal ondervinden. Dat is volstrekt niet wat ik wil, maar het gebeurt overal in de wereld. Dat zullen we dan moeten tolereren voor meer maatschappelijk draagvlak. Dan is dat het hoogst haalbare. Overigens hou ik ook wolvenlezingen voor jagers. En dan hou ik ook rekening met hun hobby. Ik luister altijd naar respectvolle tegenstand. En ik ben ervan overtuigd dat dat helpt om uiteindelijk tot wederzijds begrip te komen. Wat niet betekent dat je het met elkaar eens bent. Dat neemt niet weg dat ik zeker niet achter de hobbyjacht sta. Afschot zou alleen mogelijk moeten zijn in opdracht van werkgevers. Er gaat veel geld om in de jacht. Haal je de factor ‘geld’ eruit, dan haal je jacht uit de hobbysfeer. Beslissingen over leven en dood moet je niet aan hobbyisten met geld overlaten. Daar mogen uitsluitend professionals over gaan.”

Wil je meer weten over André Donkers boek Wolf & maatschappij? Klik dan door naar: https://www.wijzijngeluksvogels.nl/artikel/wolf-en-maatschappij/

Tekst Nettie Dekker

Foto’s:

Foto André Donker: Odiene Agasi

Foto wolven: Ramon van Bentum

4 juni 2024

Pin It on Pinterest