Groningen schiet reeën in strijd met beleid

Groningen schiet reeën in strijd met beleid

De provincie Groningen heeft de Faunabeheereenheid (FBE) Groningen opdracht verleend om tot maart 2022 in totaal 890 reeën dood te schieten in het kader van ‘populatiebeheer’. Dit aantal is bepaald door tellingen te vergelijken met de ‘doelstand’. In het besluit wordt gesteld dat dit nodig zou zijn in het kader van de verkeersveiligheid. Fauna4Life heeft bezwaar gemaakt en stapt tevens naar de rechter om te vragen deze toestemming te schorsen.

Strijd met beleid

Het is hier op verschillende punten fout gegaan. Allereerst heeft de provincie Groningen in 2018 nieuw beleid vastgesteld, waarin is aangegeven dat er niet meer wordt gewerkt met doelstanden ofwel dat beheer puur gericht op aantallen wordt stopgezet. De provincie geeft in de opdracht toe dat het strijdig is met dit nieuwe beleid, maar verwijst naar de FBE. Deze particuliere organisatie had het nieuwe beleid moeten uitwerken in een faunabeheerplan. Er is echter tot op heden geen plan gemaakt en daarom is bij deze opdracht toch weer van het oude beleid uitgegaan.

“Het is onbegrijpelijk dat een provincie de uitwerking van nieuw beleid aan een belanghebbende, particuliere organisatie overlaat. Door nu opnieuw toestemming te verlenen op basis van het oude beleid legt de provincie veel te veel macht bij de FBE. De uitvoering van nieuw beleid kan op deze manier worden getraineerd”, aldus Pauline de Jong van Fauna4Life.

Tellen is onmogelijk

Dat in het nieuwe beleid niet meer wordt uitgegaan van ‘doelstanden’ is logisch. Om het afschot te bepalen gebaseerd op een doelstand, moet bekend zijn hoeveel dieren er werkelijk rondlopen. Dat is volstrekt onmogelijk. Door elk jaar volgens een vaste methode te ‘tellen’, is niet het absolute aantal bekend, maar kan op zijn hoogst een trend worden bepaald, dus of er sprake is van toe- of afname. Dit wordt bevestigd in een rapport van Alterra[1]. Daarin wordt de conclusie getrokken “dat de huidige telmethoden geen nauwkeurig beeld geven van de werkelijke omvang en structuur van de populaties wilde hoefdieren.” Het geven van toestemming om 890 reeën te schieten, terwijl helemaal niet bekend is hoeveel er daadwerkelijk zijn, is onacceptabel

Verkeersveiligheid niet gebaat bij afschot

De provincie stelt dat afschot nodig zou zijn om te voorkomen dat de reeënpopulatie groeit, waardoor het aantal aanrijdingen ook zou kunnen toenemen. Uit ervaringen in zowel Nederland als elders in Europa is gebleken dat afschot de groei van de reeënpopulatie nooit heeft belemmerd. In Groningen blijkt de populatie al jaren stabiel te zijn. Aangezien afschot de groei niet tegenhoudt, betekent dit dat er kennelijk geen ruimte meer is voor groei. De populatie bevindt zich op het draagkrachtniveau, waarbij sterfte en aanwas elkaar in evenwicht houden. Dat betekent dus ook dat de aantallen niet zullen toenemen als er geen afschot zou plaatsvinden.

Alternatieven

Als de provincie de veiligheid op de wegen voor dieren daadwerkelijk wil verhogen, zijn er allerlei alternatieve maatregelen mogelijk. De belangrijkste maatregel is het verbreden van bermen, ofwel het zicht langs wegen verbeteren, waardoor verkeersdeelnemers en reeën elkaar eerder zien. Een andere zeer effectieve maatregel is het verlagen van de maximum snelheid en daar ook actief op handhaven. In de ‘Leidraad verminderen aanrijdingen reeën’, opgesteld door onder andere Dierenbescherming en Zoogdiervereniging[2] worden allerlei adviezen gegeven om aanrijdingen effectief te beperken. Fauna4Life adviseert de provincie om deze leidraad te gaan volgen, in plaats van het heilloze oude beleid.


[1] https://edepot.wur.nl/297682

[2] Leidraad_verminderen_aanrijdingen-reeen.pdf (dierenbescherming.nl)

21 april 2021

Pin It on Pinterest